De olie- en gasindustrie heeft een centrale rol te spelen in de schone energietransitie van zowel België als Europa. De EU streeft ernaar om tegen 2050 het eerste klimaatneutrale continent te worden en wil de uitstoot van broeikasgassen tegen 2030 met minstens 55% verminderen.
De nationale en federale aanpak van België sluit aan bij die van de EU. Het energiebeleid is momenteel gericht op de overgang naar een koolstofarme economie, die ook kan zorgen voor een betere energiezekerheid en marktconcurrentie, en lagere kosten voor de consument.
Het Internationaal Energieagentschap heeft bevestigd dat België "wereldleider is in offshore windenergie" maar merkt ook op dat we als land nog steeds afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen en de uitstoot sneller moeten verminderen.
Olie is goed voor meer dan een derde van de totale energiemix van België en vertegenwoordigt het grootste deel van de energiebronnen. Aardgas is goed voor een kwart van de energiemix, de rest wordt geleverd door kernenergie, steenkool, biobrandstoffen en afval, en wind- en zonne-energie.
De Vlaamse regering neemt meer dan 300 maatregelen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen tegen 2030. Het Vlaams Energie- en Klimaatplan 2021-2030, schetst de doelstelling om de uitstoot tegen 2030 met 40% te verminderen ten opzichte van 2005. Dit omvat een verhoogde uitrol van zon-PV installaties, een groei in het gebruik van windenergie en een verwarmingsplan dat focust op het verduurzamen van verwarming.
Het nieuwe Brusselse Lucht-Klimaat-Energieplan werd vorig jaar aangenomen. Het heeft als doel de uitstoot van broeikasgassen met 47% te verminderen ten opzichte van 2005 (in plaats van 40% zoals in het vorige plan van de regio stond). Belangrijke kenmerken die de olie- en gasindustrie de komende jaren tot 2045 zullen beïnvloeden zijn :
Waals Lucht-Klimaat Energieplan (PACE) 2030 zet de routekaart uit voor een koolstofarme economie in de regio en verbindt Wallonië tot een programma voor schone energie om de uitstoot tegen 2030 aanzienlijk te verminderen.
In februari 2024 keurde de Waalse regering het Koolstofverdrag en de AMUREBA-decreten goed. Deze voorzien in subsidies voor bedrijven die hun koolstofvoetafdruk willen verminderen, waarbij tot 75% van de auditkosten worden gedekt en bedrijven worden aangemoedigd om samen te werken om inspanningen te bundelen en de resultaten voor verbeterde energie-efficiëntie te maximaliseren.
In het rapport van Atradius, "Clean Energy Transition: Oil & Gas Europe” geven onze regionale olie- en gasspecialisten hun inzichten in de belangrijkste kwesties met betrekking tot de overgang naar schone energie die van invloed zijn op de sector. Onze risico-analisten in heel Europa zijn over het algemeen optimistisch over de kansen die de overgang naar schone energie biedt voor de olie- en gasindustrie. Ze wijzen er in het bijzonder op dat bedrijven die kunnen diversifiëren naar hernieuwbare energiebronnen meer groeikansen hebben. Onze risico-analisten in België sluiten zich hierbij aan en wijzen op het belang van investeringen in O&O en het onderzoeken van alternatieven voor olie en gas. Ze erkennen het belang van overgangsplanning, waarbij ze zich richten op gebieden zoals prijsstrategieën, en benadrukken de noodzaak van geldige criteria die bepalen waar en wanneer fossiele brandstoffen nog moeten worden geleverd.